Er lopen twee zaken door elkaar heen waardoor het heel ingewikkeld (gemaakt) wordt. Er is de juridische, wettelijke kant en er is een praktische kant aan de indexatie.
In de reglementen staat dat het bestuur van het PF géén besluit (meer)
hoeft te nemen over indexatie, dit maakt de indexatie onvoorwaardelijk en daarmee wordt een beleidsdekkingsgraad van minimaal ca. 122% vereist. Daarnaast zijn oude aanspraken tot maximaal 2,5% gegarandeerd, een ander aspect van de onvoorwaardelijke indexatie.
Als je het indexeren niet meer onvoorwaardelijk maar voorwaardelijk maakt, ben je van die onzinnige 122% af.
Wie zou die indexatie voorwaardelijk moeten maken?
KLM, VNV en PF zouden kunnen overeenkomen dat het bestuur van het PF wél een besluit
moet nemen over de indexatie, dat maakt het voor dat deel voorwaardelijk. Hiermee wordt de wijziging van als gevolg van het aangepaste strot-akkoord uit 2007 teruggedraaid. Vervolgens blijft het andere aspect over. Die afspraak is tussen PF en (gewezen) deelnemer en zowel KLM als VNV zijn daarin geen partij. Het PF zou dus met iedere deelnemer en iedere gepensioneerde individueel tot overeenstemming moeten komen over deze afspraak. Dat lijkt me een onmogelijke opgave, de eis t.a.v. onvoorwaardelijke indexatie uit het nFTK blijft dus van kracht.
Dan de praktische kant, uitgaande van wat nu bekend is. Het bestuur van het PF is uiteraard bevoegd om als de omstandigheden dat vragen, wél een besluit t.a.v. indexatie te nemen. Dat besluit gaat dan in december genomen worden als alle gegevens bekend zijn.
Volgens de laatste gegevens is de loonindexatie, wat dus de gewenste indexatie voor de pensioenen is, 1,7%. Het PF zegt hiervan 1,44% te kunnen indexeren. De verwachte beleidsdekkingsgraad per eind november geeft hiertoe kennelijk de ruimte. Om het verschil tussen 1,7% en 1,44% te overbruggen is volgens opgave PF een storting van 135 miljoen euro nodig. Door deze bijstorting zal naar verwachting de beleidsdekkingsgraad voldoende zijn om volledig te kunnen indexeren.
Dit staat dus volledig los van het hierboven genoemde wettelijk kader t.a.v. de onvoorwaardelijk indexatie maar is wel een nFTK vereiste t.a.v. de indexatie in het algemeen.
Het pensioenfonds blijkt ook nog een eigen voorziening / potje te hebben (2,5%) waaruit de indexatie betaald kan worden.
Kijken we dan nog even verder. Het PF heeft inderdaad een voorziening, een reserve, van waaruit de indexatie betaald wordt. Die reserve is groot genoeg om de volledige indexatie te betalen, echter uit het strot-akkoord en uit de uitvoeringsovereenkomst blijkt dat deze reserve op een bepaald niveau gehouden moet worden. De bedragen van 20-30 miljoen die worden genoemd hebben betrekking op deze bijstorting en wellicht heeft Mercer berekend dat deze bijstorting voor dit jaar wel achterwege kan blijven.
De 135 miljoen volgt dus uit het nFTK om komend jaar volledig te mogen indexeren, de 20-30 miljoen is de bijstorting om de reserves van het PF op peil te houden.
Waar komt nu die 600 miljoen vandaan? Simpel gezegd volgens de uitlatingen van KLM is het het verschil tussen de (enige tijd geleden) verwachte dekkingsgraad per eind november van 113,3% en de vereiste dekkingsgraad van 121,8% keer 70 miljoen euro. Groot vraagteken blijft waarom de KLM kijkt naar de dekkingsgraad en niet naar de beleidsdekkingsgraad.
Vast staat dat in de rechtszaak dit bedrag niet uitmaakt, het betoog van KLM is erop gericht om de bijstort verplichting terug te brengen naar NUL euro. Dit gaat dan niet meer over de 600 miljoen (hier kan KLM kennelijk al onderuit komen, precedent) maar over de 135 miljoen. Dit bedrag is voor de toekomst de grote onbekende.
De beleidsdekkingsgraad is allesbepalend geworden. Als de beleidsdekkingsgraad eind november 2017 gelijk blijkt te zijn aan de huidige en als het loonindex cijfer weer 1,7% is, dan moet eind 2017 weer circa 135 miljoen bijgestort worden. De kans dat de beleidsdekkingsgraad nog fors daalt is zeer reëel, de mogelijkheid dat het loonindex cijfer hoger is dan 1,7% is (met dank aan FNV :biertje
ook zeker aanwezig. Dit maakt dat de bijstortverplichting de komende jaren onvoorspelbaar is en een veelvoud van 135 miljoen euro kan zijn. Hier wil de KLM vanaf.
Bedenk dan ook dat van de opbrengst van 340 miljoen euro uit de inhouding op de vrijval (salaris) 190 miljoen richting jongeren terugvloeit via de compensatieregeling en nu een bedrag van 135 miljoen euro terug dreigt te vloeien naar alle vliegers via het pensioenfonds. Er resteert voor KLM 15 miljoen euro met nog drie jaar te gaan.