Het is hier alweer enige tijd erg stil wat betreft Julio. En pas nu vind ik zelf de tijd om de aandacht te vestigen op het prima artikel van de hand van Francis van Haaff dat in het oktobernummer van
Op de Bok stond. De titel is treffend gekozen:
Pensioenvlucht naar de hel.
‘Liever willen sommigen het er niet over hebben,’ schrijft Van Haaff in de lead. ‘Anderen zeggen dat je niets moet zeggen over een proces dat onder de rechter is. Je moet je vingers daar niet aan branden. (…) Wegkijken wordt steeds minder gewenst.’
Hij besluit de lead met de constatering dat mensenrechten ondertussen in het gedrang zijn.
Van Haaff telefoneerde ruim een uur met Julio die inmiddels, met een onderbreking van vijf maanden, in de gevangenis zit. In voorarrest.
Hun gesprek kwam onder meer op het boek
The Flight, Confessions of an Argentine Dirty Warrior Natuurlijk heeft Julio de bekentenissen van een jonge marineofficier gelezen die zei bij twee doodsvluchten te zijn geweest, Juist om op de hoogte te zijn en om een genuanceerde en relativerende blik te hebben, leest Julio over de Argentijnse zaken. De oud-vlieger ziet naast de communicatiestoornis die er op Bali was, onbegrip als een belangrijke oorzaak van zijn arrestatie en gevangenschap. ‘En internet helpt niet per se mee aan het kweken van historische kennis of besef’, gaf hij Van Haaff te verstaan.
Persoonlijk kan ik daar Julio alleen maar gelijk in geven. Op het internet verschijnt veel kletskoek. En die wordt er echt niet alleen maar erop gezet door lui die nog geen enkele weet hebben van kut of rijpe peren. Ook journalisten kunnen er soms wat van, zie daarvoor alleen al enkele andere discussies hier op Airwork.
Terug naar Julio. In het telefoongesprek was hij nog vol hoop over het ‘appeal’ dat enkele dagen later zou volgen. Alras werd bekend dat dit is afgewezen. ‘De consequentie is onzalig,’ schrijft Van Haaff, die in zijn artikel vervolgens het woord geeft aan Geert-Jan Knoops. Hij wil weten hoe de advo nou zeker weet dat Julio niet bij de doodsvluchten geweest kan zijn. Ik citeer het antwoord:
‘Er is geen bewijs van het tegendeel. We zijn nu twee jaar onderweg in de zaak. De advocaat in Argentinië,Gerardo Ibañez, vroeg ik onlangs nog via Skype: Is er iets dat wij misschien over het hoofd hebben gezien? Zijn antwoord: Er is niets. Er is niemand die Julio belast. Zijn zaak is uitgebreid in de krant geweest maar niemand heeft gereageerd. In moeilijke historische drama’s zoals ook de Tweede Wereldoorlog en de oorlog in Bosnië komen altijd verhalen los over personen die hierbij betrokken zouden zijn geweest. Bij Julio: niets van dat alles. Er is geen bewijs. Ook een tevredenheidsbetuiging die in 2011 boven water kwam is niet belastend. Het kwam van een hogere marineofficier en ging waarschijnlijk over vertaalwerk dat Julio had verricht.’
Knoops benadrukte vervolgens hoe buitengewoon opmerkelijk en zeer verontrustend het is dat het verzoek om ontslag uit voorarrest is afgewezen. Ik citeer nogmaals:
‘Ten eerste hebben dezelfde twee rechters die de onderzoeksrechter vorig jaar hebben teruggefloten om beter onderzoek te doen in het voorarrest nu ineens een 180 graden draai gemaakt terwijl er geen enkel nieuw bewijs is geleverd. Ze hebben exact dezelfde gegevens anders benoemd. De rechters erkennen dat er geen juridisch belastend materiaal of bekentenissen zijn maar noemen deze nu een ‘belangrijke aanwijzing’ voor zijn schuld. Het feit dat hij in die tijd bij de marine vloog wordt nu als voldoende grond gezien voor een vermoeden van schuld.
Het tweede wat me daardoor verontrust is dat de rechters daarmee de bewijslast hebben omgedraaid: door het marineverleden van Julio zou er een vermoeden van schuld zijn, en daarom moeten wij bewijzen dat hij dit niet heeft gedaan. De onderzoeksrechter kan ineens achterover leunen.
Het derde zorgelijk punt is dat Julio Poch nu in de processen van alle andere ESMA-(het marine-opleidingsinstituut van waaruit de slachtoffers werden weggevoerd) verdachten wordt meegenomen en daardoor beschuldigd kan worden op gronden van kansberekening: risicoaansprakelijkheid. Dat is een griezelige gedachte omdat de procesgang dan meer afhankelijk is van hoe de wind waait voor de rechtbank. Er is minder oog voor details. Julio gaat mee in de slipstream van het grote proces.’
Het ziet er dus helemaal naar uit dat ‘Barbertje moet hangen’, hoe dan ook. Reden dat de zaak van Julio aanhangig is gemaakt bij de
Inter-American Commission on Human Rights in Washington. Deze commissie kan bindende adviezen geven voor wat betreft mensenrechten, in dit geval aan Argentinië.
De minister van Buitenlandse Zaken zal eveneens van de ingebrachte argumenten in kennis worden gesteld. Ook wordt de beslissing in cassatie aangevochten, maar advocaat Ibañez acht het moeilijk in te schatten of in Argentinië daarmee succes te halen valt. De Nederlandse ambassadeur in Argentinië is reeds op de hoogte gebracht. Knoops in
Op de bok: ‘Diplomatie is in deze strafzaken lastig. In principe kan Nederland niet in een rechtsgang treden.Toch kunnen er wel waarnemers afgevaardigd worden. En Nederland kan aandringen op een eerlijk en afzonderlijk proces voor Julio Poch. Van belang is ook dat ergens een instantie aandringt op een proces binnen afzienbare tijd. Als Julio in het proces van ESMA meegenomen wordt, kan het jaren duren voordat het proces begint.’
Bij onschuld is de grootste vijand tijd, besluit Francis van Haaff zijn achtergrondverhaal. Die tijd kost Julio en zijn familie behalve heel veel verdriet en ellende, ook ontzettend veel geld. Oplettende lezertjes begrijpen dat dit niet alleen het gevolg is van inkomstenderving maar vooral ook van de steeds verder oplopende proceskosten.
Reden waarom financiële donaties nog altijd van harte welkom zijn bij de Foundation ‘Justice for Julio Poch’.