Diana
Active member
==Vooropleiding==
HAVO/VWO met wiskunde, natuurkunde en Engels is de vooropleiding die standaard gevraagd wordt. Wat niet wil zeggen dat je met een lagere opleiding geen vlieger kunt worden, het gaat erom dat je uiteindelijk door de selectie-procedures komt.
Met een hogere opleiding ben je daar beter op voorbereid. Zeker als er een dip in de luchtvaart zit, zoals enkele jaren geleden tijdens de Golfoorlog of de periode na 11 september 2001, moet je je zien te onderscheiden van alle andere sollicitanten. Een goede vooropleiding en dito cijferlijst is dan één van de dingen die je van de rest kan onderscheiden.
Ben je nog scholier, zorg dan voor een relevant vakkenpakket en ga als het kan zweefvliegen bij één van de vele zweefvliegclubs in Nederland of in Vlaanderen. Het is leuk, je leert er vliegen van en je leert veel mensen kennen. De luchtvaart is een klein wereldje!
==Beroepsvlieger of verkeersvlieger?==
Bedenk eerst wat je met je brevet wilt gaan doen. Heb je een bepaald type werk in je hoofd, wil je als verkeers-vlieger (ATPL) gaan vliegen of als beroepsvlieger (CPL) in de lichte luchtvaart? Bekijk dan welke werkgevers er zijn op dat gebied en op welk type vliegtuigen zij vliegen. De opleiding tot ATPL verschilt in zwaarte van de CPL opleiding. Ben je over de 40, dan heeft een opleiding tot ATPL niet meer zoveel zin en de daarbij behorende opleiding dus ook niet. Een CPL kan dan nog wel interessant zijn en dat betekent dat je een opleiding zoekt die je voor CPL opleidt.
Vantevoren bedenken wat je eigenlijk wilt is daarom zo belangrijk, omdat er een groot verschil is tussen beroepsvlieger en verkeersvlieger. Ook als beroepsvlieger kun je op interessante vliegtuigen gaan vliegen en mogelijk een goede boterham verdienen, van rondvluchten op een Cessna 172 tot zakenvlieger op een Citation. Echter, de opleiding tot verkeersvlieger is intensiever, de eisen van de werkgevers liggen hoger, je wordt je gehele carrière beoordeeld op je prestaties (profcheck, recurrency etc.) en het is heel anders om te vliegen op een Boeing met glass cockpit dan op een Cessna 172.
==De opleiding==
Er bestaan veel opleidingen in Nederland en elders in Europa. Het vinden van de juiste opleiding is zeer belangrijk. De kosten zijn dermate hoog dat het alleen maar méér geld kost als je tussentijds naar een andere school wilt of als je daarna merkt dat je er met je opleiding nog steeds niet bent en extra scholing moet krijgen.
Iedere luchtvaartschool heeft een eigen filosofie wat betreft het opleiden van aspirant-verkeersvliegers. Je kunt bij een beroepsvliegschool terecht voor het gehele traject, van privé-brevet tot ATPL. Wil je losse modules zoals bijvoorbeeld een twin-rating behalen, dan bestaat die mogelijkheid vaak ook.
Voordeel van de Europese richtlijnen JAR-FCL is, dat je nu ook bij andere vliegscholen in Europa terecht kunt. Het brevet wat je na je studie krijgt, wordt in de meeste Europese landen geaccepteerd. Je kunt dus ook bij een vliegopleiding in het buitenland terecht.
In deze kennisbank wordt niet ingegaan op iedere luchtvaartschool in Nederland. Op de linkspagina vind je links naar de websites van diverse vliegopleidingen. De documentatie is telefonisch of per e-mail aan te vragen. Er bestaan voorlichtingsdagen en ook een persoonlijk gesprek is zo aangevraagd. Tip: praat met recente oud-leerlingen, want dat is vaak de beste info. Daar is dan ook het Hoe word ik piloot-forum op het Piloten Bulletin Board voor.
==Marine en luchtmacht==
Naast de particuliere vliegopleidingen is er ook nog de mogelijkheid tot opleiding en werk bij de Koninklijke Marine en de Koninklijke Luchtmacht.
==Baangarantie==
Baangarantie, wat een mooi woord. Een vliegopleiding die een baangarantie biedt is natuurlijk een aantrekkelijke keus. Het voordeel ervan is duidelijk: je hoeft je geen zorgen te maken of je wel werk vindt en met relatief weinig ervaring stroom je toch door naar een luchtvaartmaatschappij. Maar ook bij de vliegscholen die sinds jaar en dag bekend staan om hun baangarantie, bestaat die niet meer voor ìedere leerling. Daarom is het zo belangrijk dat de opleiding je niet alleen opleidt, maar ook begeleidt in het zoeken naar een passende werkgever.
HAVO/VWO met wiskunde, natuurkunde en Engels is de vooropleiding die standaard gevraagd wordt. Wat niet wil zeggen dat je met een lagere opleiding geen vlieger kunt worden, het gaat erom dat je uiteindelijk door de selectie-procedures komt.
Met een hogere opleiding ben je daar beter op voorbereid. Zeker als er een dip in de luchtvaart zit, zoals enkele jaren geleden tijdens de Golfoorlog of de periode na 11 september 2001, moet je je zien te onderscheiden van alle andere sollicitanten. Een goede vooropleiding en dito cijferlijst is dan één van de dingen die je van de rest kan onderscheiden.
Ben je nog scholier, zorg dan voor een relevant vakkenpakket en ga als het kan zweefvliegen bij één van de vele zweefvliegclubs in Nederland of in Vlaanderen. Het is leuk, je leert er vliegen van en je leert veel mensen kennen. De luchtvaart is een klein wereldje!
==Beroepsvlieger of verkeersvlieger?==
Bedenk eerst wat je met je brevet wilt gaan doen. Heb je een bepaald type werk in je hoofd, wil je als verkeers-vlieger (ATPL) gaan vliegen of als beroepsvlieger (CPL) in de lichte luchtvaart? Bekijk dan welke werkgevers er zijn op dat gebied en op welk type vliegtuigen zij vliegen. De opleiding tot ATPL verschilt in zwaarte van de CPL opleiding. Ben je over de 40, dan heeft een opleiding tot ATPL niet meer zoveel zin en de daarbij behorende opleiding dus ook niet. Een CPL kan dan nog wel interessant zijn en dat betekent dat je een opleiding zoekt die je voor CPL opleidt.
Vantevoren bedenken wat je eigenlijk wilt is daarom zo belangrijk, omdat er een groot verschil is tussen beroepsvlieger en verkeersvlieger. Ook als beroepsvlieger kun je op interessante vliegtuigen gaan vliegen en mogelijk een goede boterham verdienen, van rondvluchten op een Cessna 172 tot zakenvlieger op een Citation. Echter, de opleiding tot verkeersvlieger is intensiever, de eisen van de werkgevers liggen hoger, je wordt je gehele carrière beoordeeld op je prestaties (profcheck, recurrency etc.) en het is heel anders om te vliegen op een Boeing met glass cockpit dan op een Cessna 172.
==De opleiding==
Er bestaan veel opleidingen in Nederland en elders in Europa. Het vinden van de juiste opleiding is zeer belangrijk. De kosten zijn dermate hoog dat het alleen maar méér geld kost als je tussentijds naar een andere school wilt of als je daarna merkt dat je er met je opleiding nog steeds niet bent en extra scholing moet krijgen.
Iedere luchtvaartschool heeft een eigen filosofie wat betreft het opleiden van aspirant-verkeersvliegers. Je kunt bij een beroepsvliegschool terecht voor het gehele traject, van privé-brevet tot ATPL. Wil je losse modules zoals bijvoorbeeld een twin-rating behalen, dan bestaat die mogelijkheid vaak ook.
Voordeel van de Europese richtlijnen JAR-FCL is, dat je nu ook bij andere vliegscholen in Europa terecht kunt. Het brevet wat je na je studie krijgt, wordt in de meeste Europese landen geaccepteerd. Je kunt dus ook bij een vliegopleiding in het buitenland terecht.
In deze kennisbank wordt niet ingegaan op iedere luchtvaartschool in Nederland. Op de linkspagina vind je links naar de websites van diverse vliegopleidingen. De documentatie is telefonisch of per e-mail aan te vragen. Er bestaan voorlichtingsdagen en ook een persoonlijk gesprek is zo aangevraagd. Tip: praat met recente oud-leerlingen, want dat is vaak de beste info. Daar is dan ook het Hoe word ik piloot-forum op het Piloten Bulletin Board voor.
==Marine en luchtmacht==
Naast de particuliere vliegopleidingen is er ook nog de mogelijkheid tot opleiding en werk bij de Koninklijke Marine en de Koninklijke Luchtmacht.
==Baangarantie==
Baangarantie, wat een mooi woord. Een vliegopleiding die een baangarantie biedt is natuurlijk een aantrekkelijke keus. Het voordeel ervan is duidelijk: je hoeft je geen zorgen te maken of je wel werk vindt en met relatief weinig ervaring stroom je toch door naar een luchtvaartmaatschappij. Maar ook bij de vliegscholen die sinds jaar en dag bekend staan om hun baangarantie, bestaat die niet meer voor ìedere leerling. Daarom is het zo belangrijk dat de opleiding je niet alleen opleidt, maar ook begeleidt in het zoeken naar een passende werkgever.