Porsche

FullTravelFree

New member
Porsche

Zondagochtend belachelijk vroeg zit ik in de auto. Oppassen voor groepjes zwalkende feestvierders die nog leven in zaterdagavond. Ik wrijf de slaap uit mijn ogen en probeer wat leven in mijn gezicht te krijgen. Mijn handen voelen een stoppelbaard. Vandaag geen nette schoenen en shirt, maar gympies een Zuckerberg hoodie. Vandaag ben ik freightdog (vrachthond?) and I love it!

De zon piept een klein stukje boven de horizon uit en ik ben op weg. Op zoek naar mijn eerste fabriek. Met coordinaten en een googlemaps printje op zoek naar een parkeerplaats tussen heel veel andere parkeerplaatsen. Ik circel en lees de fabrieksnamen. Net die van mij zit er niet tussen. Ik circel nog maar een keertje terwijl ik het printje bestudeer en deduceer mijn landingsplaats. In de hover lees ik op de kleine parkeerbordjes de juiste naam. Bingo! Met een grijns zet ik mezelf neer op ‘gereserveerd voor de directie’ plaatsen.

Alles aan deze opdracht is haast. Ik moet 120 kg auto-onderdelen brengen naar de Porschefabriek in Hongarije. Als ik het niet haal vandaag moet morgen de lopende band stilgezet worden. Er is mij verteld zo snel mogelijk door te vliegen naar de volgende fabriek voor een coating. Alles zal klaar op mij staan te wachten.

Na drie kwartier wachten gaat er zowaar verderop een roldeur open. Een paar slaperige hoofden met rode oogjes komen tevoorschijn. Ze vragen of ik de piloot ben. Nadat ik een paar bijdehante opmerkingen heb bedacht en weer ingeslikt, zeg ik maar ja. Dan krijg ik in ieder geval een kop koffie is mijn redenatie. Ervaring leert.

De superbelangrijke zending word klaargemaakt. Vijfduizend metalen pennen waarop de ruitenwissers worden gemonteerd voor de Porsche Cayenne. Hmm okay...
De drie katerige mannen beginnen op akelig langzaam tempo alle pennen een voor een te bekijken. Daarna gaan ze geteld in een doosje. Ik neem nogmaar een bakje koffie. Uit verveling besluit ik ze maar te gaan helpen. Met een goede anderhalf uur vertraging en een overdosis koffie, ga ik weer op pad.

De volgende fabriek is makkelijk gevonden. De ruime binnenplaats heeft aan een kant een gigantische hoeveelheid electriciteitsdraden en aan de andere kant twee enorme fabriekspijpen. Als een american football zeil ik netjes tegen de wind in tussen de roodwit gestreepte kolossen door. Ik parkeer voor een lege loading dock en voel me een echte trucker. Gretige handen helpen lossen. Het is voor hun natuurlijk ook zondag en ze willen dit klusje snel klaren. Ik ook, ik heb nog wel even te vliegen en de weersvoorspellingen zijn slecht voor de namiddag.

In de vijf uur die ze nodig hebben voor de coating van de pennen ga ik in de buurt tanken.
Teruggekomen val ik in slaap op de versleten bank in de kantine. Elk uurtje is mooi meegenomen. Ik word wakker van de ruisende regen op de ramen en het plafond. Met bakken komt het uit de lucht. Mijn horloge vertelt me dat ik drie uur geleden had moeten vertrekken, het is al namiddag.

De fabriekswerkers kijken me grijnzend aan. Ik heb vast heel elegant liggen maffen tijdens hun lunch. Hetzelfde process van bekijken, tellen en inpakken is bijna klaar. Ook zij doen dit tergend langzaam. Als alle doosjes weer in de heli zitten en ik ook, zeiknat, klaart het een beetje op.

De komende uren laveer ik rond allerlei buien. Het gaat goed, ik kan ook net een donker front voorblijven. Helaas zit de laatste Slowaakse heuvelrug potdicht. Op verschillende plekken probeer ik mijn Porsche pennen over de heuvels te smokkelen, maar het mag niet baten. Ik divert naar Sliac airport, waar ze helaas geen brandstof voor me hebben. Jammer, ik heb minstens een half uur brandstof verspild met deze divert.

Kijkend naar de weerradar zie ik hoop. Ik praat wat gebroken engels met de weer-man en we zijn het erover eens. Over een half uurtje is er precies een mooi opening tussen de buien. Dan kan ik de bergen over en in het lagere land van Hongarije is het een prima weertje. Bon, vluchtplan erin en wegwezen. Teruggekomen in de kleine GA area is er niemand te bekennen. De plaatstelijke Airbus is geland (dit gebeurt twee keer per dag) en iedereen is aan het werk.
Ik had alles al betaald en geregeld het enige wat ik nog nodig heb, is iemand met een magnetisch kaartje om de deur open te doen.

De minuten tikken langzaam voorbij, ik druk op alle knoppen en bellen, probeer alle telefoons, probeer al mijn pasjes voor de magneetlezer. Ik sta dansend, roepend en zwaaiend voor het raam. Een dichtbijstaande beveiliger kijkt me minzaam aan, en draait zich weer om. Oh shit, ik vervloek mijn Zuckerberg hoodie en mijn gympies. Waarom ben ik vandaag niet de gladgeschoren luchtheld met gouden strepen en een (nep) rayban. Dan had ik vast meer aandacht gekregen.

De enige open deur is de uitgang. Ik ren rond het gebouw en ga tegen de stroom in door de arrivals hal. Geluk, een van de beveiligers herkent me als de piloot van de kleine heli. Dat ik in ongeveer 10 talen goeiedag en dank je wel kan zeggen, heeft me hier wellicht geholpen. Hij helpt me door de security heen en ik kom bij mijn heli terecht! Weer een half uur vertraging erbij.

Wat voel ik me toch thuis in de lucht. Alles is makkelijker en eenvoudiger hier. Ik schakel over op Budapest info en voel me thuis in het lage platte land. Nog een klein uurtje naar mijn destination en dan nog 20 minuten in omgekeerde richting naar een klein veldje ten zuiden van Budapest. Daar heb ik ook een hotel gereserveerd. Ik kijk naar de stand van de zon en de stand van de brandstofmeters. Ik doe wat hersengymnastiek en kijk weer naar de stand van de zon en de brandstofmeters. Hmm. Ik doe nog wat meer gymnastiek en kom tot de conclusie dat ik ook erg moe ben. Niet goed.

Het scenario wat op mij wacht is, landen in het donker op een fabrieksterrein waar ik nooit geweest ben, (hebben ze daar wel goede verlichting?) in een land wat ik niet goed ken, met oncomfortabel lege tanks. Duidelijk dus, hier heb ik geen zin in. Ik verleg mijn koerst naar Budapest. Die vier uur vertraging en het slechte weer zijn niet mijn schuld. Ze zullen vastwel een bedrijfsauto hebben in een Porsche-fabriek. Na de landing volgen een aantal verwarrende telefoontjes met verschillende mensen van verschillende bedrijven en nationaliteiten. Langzaam beseffen ze dat ik echt niet meer verder ga wordt een alternatief plan gesmeed. Twintig minuten vliegen, had ik al bedacht, zal ongeveer een uur of iets meer met de auto zijn.

De hongaren op het vliegveld zijn aardig voor me. Als ik zeg dat ik minstens nog een uur moet wachten om mijn lading aan af te geven zegt hij: I bring you to hotel, you wait for the car with a beer. Ik hou van deze man. Hij had niet gerekend op 120 kg in doosjes, maar dat kon de pret niet drukken. De beste hongaar levert me af bij het hotel. Het is nu ongeveer tien uur ‘s avonds.

Luide maar vrolijke muziek galmt uit de openstaande deuren. Dansende mensen in een circel, vrolijke kostuums en een vrouw in een witte jurk. You gotta be kidding me, een Hongaarse bruiloft! Ik stapel mijn doosjes achter de receptie van het hotel, check in, regel een gigantische fles koud bier en ga heel tevreden in de zwoele zomeravond zitten.

Ik laat het hemelse vocht mijn keel in glijden. Er komen wat vrolijk geklede mensen bij me zitten en knopen een gesprek aan. Ze laten me mijn biertje nuttigen voor ze me meesleuren de dansende menigte in. Heh fijn, denk ik nog net, heb ik eindelijk weer een noemenswaardig verhaal voor airwork....

FTF


PS: ....de auto kwam bijna twee uur later, ik was nog net helder en representatief genoeg om ze netjes over te dragen. Het was geen Porsche.
 
Goed verhaal, leuk om zo "met je mee te vliegen"!

(Heb je verhaal losgekoppeld, het is nu een nieuw topic zodat het duidelijker is dat een nieuw verhaal is gepost)
 
Back
Top