FullTravelFree
New member
Meditatie. Het is een zwarte nacht en mijn wereldje schud zachtjes op en neer. Het geeft me een vertrouwd gevoel. De witte pijlen staan op hun juiste plek, geen vreemde lampjes aan en het stippelstreepje ligt over het magenta streepje. Alles klopt en is zoals het moet in mijn kleine wereld waar ik generaal en staatshoofd ben. Radio zwijgt in alle toonaarden. Niemand vliegt hier behalve ik. Alle tijd voor overpeinzingen. Hoe ben ik hier in deze stoel, op dit moment, op deze plek terechtgekomen. Een hele lange keten van kleine en grote gebeurtenissen en toevalligheden. Een barre tocht.
Lang wikken en wegen, dan de sprong in het diepe maken. Dikke boeken die mijn neus uit kwamen, examen doen voor dit, dat en zus. Ik weet het allemaal niet eens meer precies, wel dat ik goed examenziek geweest ben, meerdere malen. Daarna geen baan kunnen vinden. Afgewezen worden door een psycholoogtrutje die bij god niet weet wat het is om te vliegen. Dan mijn eerste baantje, een shitbaantje maartoch, daardoor de volgende gevonden. Stuk beter nu, mijn woonplaats is minder grauw en grijs. En ik vlieg regelmatig en afwisselend.
Zes uur geleden ben ik vertrokken op een tijd waarop normale mensen gaan slapen. Korte fuelstop gemaakt en daarna mijn landingsplaats gevonden. Dat kan soms best lasting zijn in het donker. Een vreselijke kop koffie gedronken en een klef broodje gegeten. Wat woorden en handgebaren uitgewisseld met grauwe uitziende mensen in een nog grauwer Sovjet-era gebouw. Eindelijk zijn mijn passagiers klaar voor vertrek. Een nietnoemenswaardig vertrek uit een plaats die geen enkele Nederlander goed uit kan spreken.
Ik vlieg weer. Het duurde de verkeerleider ongeveer een minuut voordat hij de kikker uit z’n keel had gekregen en de zend-knop gevonden had. ‘Continue, no reported traffic enroute’.
Er hangt een treurige, melancholische sfeer in de cabine. Ik probeer een beleefdheidsgesprekje te voeren met mijn passagiers. Geen antwoord, ze nemen afscheid van hun woonplaats, denk ik. Voor hen is dit een one-way. Ik laat ze maar, hoewel ik hun treurige stemming overneem. Een uur in stilte gaat voorbij. Pijlen lampjes en streepjes nog steeds okay. Ik ben vergroeid geraakt met de controls en ben weer diep in overpeinzingen geraakt. De ultieme menselijke autopilot.
Maar nu gebeurt er iets in mijn wereld. Ik zie grijze tinten en een klein streepje bloedrood aan de horizon, die er net nog niet was. Wat een magisch moment. De grijze tinten veranderen langzaam en krijgen kleur. Flarden grondmist als slagroom op de taart. Bob Ross zou zijn vingers aflikken. Prachtig, de zon verwarmt de cabine en mijn stemming. Ik kijk achterom en merk dat ook mijn passagiers niet ongevoelig zijn voor dit prachtige schouwspel. Met een grijns steek ik mijn duim op, nog een half uurtje en dan wacht jullie een nieuw avontuur. Symbolischer kan niet. Filosofischer kan ik niet.
Bij de heliport staan twee ambulances klaar. De ziekenbroeders tillen mijn rode vierkante medereizigers in deze meditatieve tocht, met een kort knikje van hun stoel. Weg zijn ze, net nu ik een beetje gehecht aan ze was geraakt. Ik kijk hun na en we nemen stilletjes afscheid. Heel veel success met je nieuwe leven, het ga je goed.
FTF
Lang wikken en wegen, dan de sprong in het diepe maken. Dikke boeken die mijn neus uit kwamen, examen doen voor dit, dat en zus. Ik weet het allemaal niet eens meer precies, wel dat ik goed examenziek geweest ben, meerdere malen. Daarna geen baan kunnen vinden. Afgewezen worden door een psycholoogtrutje die bij god niet weet wat het is om te vliegen. Dan mijn eerste baantje, een shitbaantje maartoch, daardoor de volgende gevonden. Stuk beter nu, mijn woonplaats is minder grauw en grijs. En ik vlieg regelmatig en afwisselend.
Zes uur geleden ben ik vertrokken op een tijd waarop normale mensen gaan slapen. Korte fuelstop gemaakt en daarna mijn landingsplaats gevonden. Dat kan soms best lasting zijn in het donker. Een vreselijke kop koffie gedronken en een klef broodje gegeten. Wat woorden en handgebaren uitgewisseld met grauwe uitziende mensen in een nog grauwer Sovjet-era gebouw. Eindelijk zijn mijn passagiers klaar voor vertrek. Een nietnoemenswaardig vertrek uit een plaats die geen enkele Nederlander goed uit kan spreken.
Ik vlieg weer. Het duurde de verkeerleider ongeveer een minuut voordat hij de kikker uit z’n keel had gekregen en de zend-knop gevonden had. ‘Continue, no reported traffic enroute’.
Er hangt een treurige, melancholische sfeer in de cabine. Ik probeer een beleefdheidsgesprekje te voeren met mijn passagiers. Geen antwoord, ze nemen afscheid van hun woonplaats, denk ik. Voor hen is dit een one-way. Ik laat ze maar, hoewel ik hun treurige stemming overneem. Een uur in stilte gaat voorbij. Pijlen lampjes en streepjes nog steeds okay. Ik ben vergroeid geraakt met de controls en ben weer diep in overpeinzingen geraakt. De ultieme menselijke autopilot.
Maar nu gebeurt er iets in mijn wereld. Ik zie grijze tinten en een klein streepje bloedrood aan de horizon, die er net nog niet was. Wat een magisch moment. De grijze tinten veranderen langzaam en krijgen kleur. Flarden grondmist als slagroom op de taart. Bob Ross zou zijn vingers aflikken. Prachtig, de zon verwarmt de cabine en mijn stemming. Ik kijk achterom en merk dat ook mijn passagiers niet ongevoelig zijn voor dit prachtige schouwspel. Met een grijns steek ik mijn duim op, nog een half uurtje en dan wacht jullie een nieuw avontuur. Symbolischer kan niet. Filosofischer kan ik niet.
Bij de heliport staan twee ambulances klaar. De ziekenbroeders tillen mijn rode vierkante medereizigers in deze meditatieve tocht, met een kort knikje van hun stoel. Weg zijn ze, net nu ik een beetje gehecht aan ze was geraakt. Ik kijk hun na en we nemen stilletjes afscheid. Heel veel success met je nieuwe leven, het ga je goed.
FTF